'Ik kan het weer zelf'
Wanneer zowel cliënt als de bewindvoerder de cliënt in staat achten om de eigen financiën en administratie te regelen, kan de Rechtbank verzocht worden het bewind op te heffen. Dit kan al dan niet na met goed gevolg doorlopen van een MSNP of WSNP traject zijn. In dit geval dient cliënt een aanvraag beëindiging bewind in bij de Rechtbank, Solidus stuurt tegelijkertijd een schrijven op waaruit blijkt dat wij instemmen met beëindiging bewind. Bewind eindigt wanneer het op schrift (middels beschikking) door de Rechtbank is bekrachtigd.

Overlijden van cliënt

In geval van overlijden van de cliënt, stopt de bewindvoerder met alle werkzaamheden en informeert alle relaties over het overlijden van de cliënt. Tevens wordt er een rekening en verantwoording opgesteld tot aan het moment van overlijden, deze wordt opgestuurd naar de Rechtbank.

'Ik kan mij niet vinden in de werkwijze van de bewindvoerder' 

Wanneer er (langdurig) sprake is van geen of slechte samenwerking tussen cliënt en bewindvoerder kan de Rechtbank verzocht worden het bewind over te zetten naar een andere bewindvoerder of om de bewindvoering op te heffen. Hierbij geldt als voorwaarde dat zowel bewindvoerder als cliënt hebben geprobeerd de samenwerking te doen slagen. Wanneer cliënt een andere bewindvoerder wenst, dient hij/zij zelf op zoek te gaan naar een bewindvoerder die het bewind over wil nemen. De Rechtbank doet bij zittend bewindvoerder altijd schriftelijk navraag of zij instemt met de overstap/opheffing bewind. Hier geldt dat overstap of beëindiging ingaat zodra dit schriftelijk door de Rechtbank is bekrachtigd.

Wanneer het bewind eindigt, worden alle relaties m.b.t. het bewind geïnformeerd en worden financiën weer overgedragen naar de cliënt. Middels mijn Onview kan cliënt digitale documenten downloaden om de eigen administratie compleet en overzichtelijk te maken. Saldi op de beheer- en leefgeldrekening blijven staan, de rekeningen worden niet door de bewindvoerder gesloten.Tevens stelt de bewindvoerder een rekening en verantwoording op tot aan het moment van beëindiging, deze wordt zowel door de bewindvoerder als de cliënt ondertekend.